Dag 16 Flåm - Hytta Lykkja
We staan scheef. Dat wil zeggen dat we in de lengte met de linkerkant lager staan dan met de rechterkant. Gisteren dachten we dat het best meeviel. Nou niet dus.
De hele nacht rolde ik onder het hangkastje en heb ik me wel 10 keer gestoten. Niet ernstig of zo, maar het sliep niet lekker. Opstaan met Noorse koffiemelk in je koffie is ook niet echt een aanrader. Zo vies dat ik het niet eens heb opgedronken. Dat is dus de missie van vandaag, koffiemelkpoeder scoren.
Rond de klok van 10 gaan we weer terug richting Flåm. We waren er maar 3,2km vanaf dus we zijn er zo. De Coop gaat er pas om 12 uur open en aangezien het zondag is zal er verder in het land niet veel open zijn, dus we blijven wachten. Nu is dat wachten hier natuurlijk geen straf. We zitten in de haven, drinken cappuccino en eten en broodje zalm, kijken naar de luxe jachten en de super heldere groene zee in dit fjord. Omdat internet hier ook supersnel is, upp ik meteen mijn foto's en blog van gisteren. Om kwart over 12 slenteren we naar de winkel en wat denk je? Geen koffiemelk te bekennen. Bummer, maar we hebben wel heerlijk ontbeten en gezeten. En weer door!
Oh nee!!! Voordat we het goed en wel in de gaten hebben, rijden we die hele lange tunnel in van 25 km. Die wilde we juist zo graag vermijden hè, naja het is wat het is. Keren zit er niet in, in een tunnel. Om de 7 kilometer hebben ze een blauw groen en geel licht moment gecreëerd zodat je ogen even wat anders zien. Ik zou willen dat de hele tunnel zo verlicht was. Als we eruit komen moeten we echt even wennen aan het zonlicht.
We gaan langzaam aan richting Oslo en dat betekent ook dat we niet meer zo hoog in de bergen komen. Best jammer want tjonge wat is het daar prachtig. In plaats daarvan rijden we nu laag tussen de bergen. Het is meteen meer bebouwd met huisjes, dorpjes, akkers en gaarden. Zeker niet minder mooi, wel anders.
Dat gezegd hebbende, rijden we gewoon weer de bergen op. Tja, ik heb er duidelijk geen verstand van. Eigenlijk wil ik gewoon een plekje zoeken aan het water in de zon en niet meer rijden. We rijden weer boven de boomgrens (1137 mtr hoog) door een of ander ski gebied en ook al heb ik nooit op de latten gestaan, ik kan me goed voorstellen hoe mooi het hier moet zijn als er sneeuw ligt. En hoewel de omgeving ongerepte natuur is, is de weg een gewone lichtgrijze strak geasfalteerde autoweg met veel lantaarnpalen en sneeuw meters naast de weg waar je 80 kmpu rijdt. Wat een contrast. We passeren een paar dorpjes die hoogtij vieren tijdens het ski seizoen. Het ziet er allemaal rete gezellig uit maar bijna alles is dicht omdat het zondag is. We komen 1 grote supermarkt tegen (Extra) en deze verkoopt iets dat op poedermelk lijkt. Of het zo is komen we straks achter.
We denken ergens een leuke plek gevonden te hebben. Het is via een dirt road en een tol weg. We staan te hannesen bij het betaalautomaat. Er komen Noren aan en die vermelden dat het apparaat buiten gebruik is omdat de weg een stuk verderop onder constructie is en je dus niet verder kan. Ah, weg mooi plekje. We kunnen weer op zoek. Ik baal best wel want het wordt later en later en tussen de bergen is de zon snel weg.
Uiteindelijk vinden we weer een pracht plekje. Naast de weg, maar verscholen tussen berken bomen, met een paadje naar beneden van een meter 10. Onderaan het paadje een prachtig meer, een bruggetje en een grote berg. De zon staat perfect en zal niet vroeg achter de berg verdwijnen. Door de vorige bezoekers is reeds een kampvuur plek gemaakt. Je mag in Noorwegen gewoon vuurtjes maken, het enige vereiste is dat je er met stenen en kring omheen legt om vuur verspreiding te voorkomen. Bas en ik besluiten om naar het bruggetje te wandelen. We gaan eerst een stuk rechtsom maar dat gaat niet lukken en dus gaan we linksom. Er is niet echt een pad ofzo en dus lopen we op het zachte dikke mos. Het mos is echter enorm sompig en ik heb al snel natte sokken. Tussen het mos, de bomen en struiken, staan witte fluffy bloemen. Ik vind dat het de Noorse variant van de pluizige Nederlandse paardenbloem is. Soms een paar een soms heel veel. Ik vind ze prachtig. Inmiddels heb ik het bloedje heet van het lopen door het zachte mos en komen we aan bij het bruggetje. Het is een breed krakkemikkig bruggetje en her en der zijn al planken gebroken. Mhm.. Voorzichtigheid is gewenst. Ik wil zwemmen, trek mijn bergschoenen uit en mijn sokken en vind het ineens best stinken in de omgeving. Het is té erg, maar het zijn mijn eigen sokken. Ik besluit ze te wassen in het meer. Het water is mega helder en ligt vol met keien, er zwemmen ook hele scholen met kleine visjes. Ik ga in het water staan maar het komt maar tot mijn knieen en dat is echt niet diep genoeg om te zwemmen. Door het heldere water kan ik zien dat het 25 meter verder ook nog steeds ondiep is, mijn zwemparty gaat dus niet door. We zitten een tijdje op het bruggetje in de zon te genieten en horen alleen de schapenbellen voordat we weer terug wandelen. Ik pluk nog wel een bosje van die mooie witte fluffy bloemen voor in de Van. Eenmaal terug bij de Van pakken we onze stoeltjes en gaan aan de waterkant zitten in de zon. We hebben het erover hoe bijzonder deze afgelopen 2 weken waren en hoe prachtig deze plek is. We kunnen soms niet bevatten dat we hier zijn, deze Van hebben, je overal kan kamperen en dat het hier zo geweldig mooi is. Hierna genieten we verder in stilte, luisteren we naar de schapenbellen in de verte, naar de stroom versnelling van het water onder het bruggetje, het gezoem van alle beestjes en soms ook naar een voorbij rijdende auto. Als je zo in stilte echt alles goed op je in laat werken, dan klinkt het oorverdovend. Tegen de klok van 8 gaan we bbqen en dat is best laat, we waren hier al rond half 4 ofzo en we hebben alleen nog maar ontbijt op. We eten groene asperges, zoete aardappel, maïs en zalmfilet, het smaakt goddelijk. Terwijl we zitten te eten, stopt er een auto en stapt er een man uit. Hij stelt zichzelf voor als de fish protector en vraagt of we hebben gevist of nog gaan vissen. Nee dat hebben we niet en gaat Bas nu ook niet meer doen. We hebben het nog even over onze wandeling van vanmiddag en hij vertelt dat hij de afgelopen week rechtsom om het meer ging en zich rot schrok omdat het daar nu moeras is. Hij zakte weg tot zijn middel en kon zich er met moeite weer uittrekken aan omliggende grote graspollen. Geschrokken kijk ik Bas aan, die kant gingen wij vanmiddag ook op. Stel je voor!
Na het eten steken we gezellig het kampvuur aan. Het is inmiddels fris en er zijn wat muggen dus we hebben een trui en lange broek aan getrokken. De zon ging onder rond een uurtje of half 10 en tegen half 12 gaan we de Van in. Wat een heerlijke dag was dit weer.
Owja.. En wat de koffie melkpoeder betreft, hij is weer te drinken. Hoera!
Om kwart voor 1 in de nacht roken we buiten ons laatste sigaretje. Het is pikkedonker en ik durf niet meer alleen te staan. We horen in de verte een apart soort loei geluid, Bas denkt dat het een eland zou kunnen zijn. Plassen in de struiken gaat het nu zeker niet meer worden, dat is duidelijk! De lucht is super helder en er schijnen duizenden sterren, sommigen twinkelen echt. Ik dacht dat het aan mij lag, maar Bas ziet het ook. Schuin over ons heen gaat de melkweg. Niet zo helder als in Amerika, maar deze mag ook zeker gezien worden. Voor nu gaat om elk geval ons lampje echt uit.
Lis
Reacties
Reageer
Laat een reactie achter!
- {{ error }}